Onderhoud

Alles heeft onderhoud nodig, een auto, een tuin, een cv-ketel, dus ook uw gevelelementen.

Van welk materiaal het gevelelement ook is, onderhoud is van wezenlijk belang.

Goed onderhoud van een houten gevelelement is onder andere belangrijk voor de levensduur. Toetreding van vocht in het hout kan funest zijn en de voedingsbodem vormen voor aantasting. Inspectie en onderhoud is dan ook belangrijk voor gebruiksplezier, uitstraling en verlenging van levensduur.

Op de frequentie en de mate van onderhoud heeft u als eigenaar grote invloed. Tijdig signaleren en maatregelen treffen voorkomen dat problemen groter worden.

Aan de productie en levering van timmerwerk worden hoge eisen gesteld. Kozijnen, ramen, deuren, glaslatten, roeden en spouwlatten krijgen rondom minimaal twee grondlagen, waarna verdere afwerking volgt. Dat kan meteen in de fabriek in de kleur die u wenst, of later, als raam, kozijn of deur in de gevel zijn gemonteerd. Het werk van de beglazer en de schilder is erop gericht het timmerwerk te verfraaien in de kleur die u wenst, maar ook te beschermen tegen weer en wind. De laatste afwerklaag is een solide basis voor een lange levensduur. En daarna is het aan u.

Onderhoudstips


Vooraf

  • Let erop dat de onderkant van de kozijnen (de onderdorpel) minimaal tien tot 15 cm boven het maaiveld of bestrating ligt. Opgroeiend gras, aarde en opspattend regenwater houden het kozijn langdurig nat en tasten de verflaag en het onderliggende hout aan.
  • Hoe donkerder de kleur, hoe groter de warmteopname van het kozijn en hoe eerder er door krimpen en zwellen barstjes in de verflaag kunnen ontstaan. Dit geldt tevens voor transparante afwerking. Lichte kleuren hebben hier over het algemeen minder last van en vergen dan meestal ook minder onderhoud.
    Wilt u een lange onderhoudsfrequentie, vraag uw timmerfabrikant om advies.

Na oplevering

  • Reinig de kozijnen een of meerdere keren per jaar,  bijvoorbeeld tegelijkertijd met het ramen lappen. De stofdeeltjes in de lucht kunnen zich aan de verflaag hechten en de beschermende werking aantasten. Gebruik geen schuur- of schoonmaakmiddelen met chloor.
  • Let op ventilatieopeningen: houd ze schoon door het vuil met bijvoorbeeld met een stofzuiger te verwijderen. Dit geldt ook voor de geleiderails van schuifpuien.
  • Het is raadzaam met de vakmanschilder of onderhoudsspecialist een schema voor inspectie en onderhoud op te stellen. De eerste volledige schilderbeurt zal bij donkere kleuren na vier jaar aan de orde kunnen zijn: bij lichte kleuren na een jaar of zes. Bij transparante verflaag om het jaar.
    De feitelijke onderhoudsfrequentie is afhankelijk van de situatie ter plaatse: verf slijt door het grotere temperatuurverschil aan de zonzijde sneller dan aan de schaduwzijde of onder de beschutting van een overstek, balkon of galerij.
  • Om te beoordelen of het schilder- of beglazingskitwerk in orde is, houdt de vakman in het jaar voor de gestelde onderhoudsperiode een controle of inspectie. Hij kijkt daarbij naar openstaande naden bij verbindingen, kale plekken, slijtage van de verf vooral op de onderdorpels aan de zonzijde van het huis, kale plekken bij scherpe randen enz. Daaruit kan volgen dat het jaar volgend op de controle onderhoud gepleegd moet worden, of een jaar daarna. In dat laatste geval schuift alles een jaar op.

ZOEK EEN NBVT-LIDBEDRIJF