Waarom zijn wij timmerfabrikanten niet beter zichtbaar en vindbaar?

dinsdag 29 november 2016

Wat ik me afvraag; ‘Hoe kan het dat wij als ‘bouwers met hout’ nog altijd onvoldoende zichtbaar zijn?’ Is het bescheidenheid? Durven we niet? Of hebben we de focus op andere zaken?

Als ik voor mezelf spreek, ik heb het ook niet zo in me. Dat ‘naar buiten treden’. Mensen in Twente doen dat van nature niet graag. We hebben een hoge arbeidsmoraal en zijn erg serieus bezig met onze zaken, maar als het over het vermarkten of naar buiten communiceren gaat, dan durven we ons hoofd niet boven het maaiveld uit te steken. Anders is het al snel te gek.

Maar die instelling probeer ik steeds vaker te laten varen. We moeten namelijk beter zichtbaar en vindbaar zijn, we hebben geen keuze.

Geen marketingbeesten

We zijn in onze branche allemaal verliefd op onze fabrieken. Daar zijn we vooral gek en druk mee. De machines, het productieproces, de focus op de beste kwaliteit… Dat is het allerbelangrijkste in onze ogen. Kijk maar eens naar de gemiddelde website in onze branche; beelden met vrachtwagens vol producten. Want dat vinden we mooi man!

Maar geldt dat ook voor onze klanten?

Voor afnemers is dat vanzelfsprekend. Het is heel normaal dat de producten goed en mooi zijn en goed vervoerd, geleverd en gemonteerd worden. Niks unieks dus. Een klant verlangt simpelweg van ons dat die zaken in de basis goed geregeld zijn. Anders mag je niet eens mee doen. Bovendien, als we allemaal hetzelfde laten zien, kan die klant nog steeds niet kiezen.

We moeten dus volgens mij met z’n allen veel beter nadenken hoe we onze klanten kunnen bereiken in de taal die zij spreken, met een boodschap die voor hen relevant is. Waar zijn zij gevoelig voor? Welke emotie en beleving helpt hen bij het maken van keuzes? En dan niet alleen voor het product hout, maar ook specifiek voor je eigen bedrijf. Waarin verschillen wij in de industrie van elkaar? Dat is naar buiten toe nog altijd onvoldoende duidelijk.

Stoffige jas uitgooien

Ook niet ‘hap snap door knutselen’ omdat we het ‘al jaren zo doen’, maar samen optrekken om die vijver waarin we vissen groter te maken. En er meer vis in gooien. Dat moeten we met elkaar doen. Niet door met bakken geld te strooien, maar door slim samen te bouwen aan zichtbaarheid en vindbaarheid. Door te enthousiasmeren. Door meer te laten zien van je bedrijf, maar vooral van je mensen. We zijn toch allemaal collega’s met hetzelfde belang?

Een bewoner kiest bewust zijn of haar keuken, voordeur, vloerafwerking… Waarom staan houten kozijnen niet vaak genoeg in dat rijtje? Samen wekken we een gevoel op. Dat die koper denkt: ‘Ik wil het mooi en goed hebben, dus dat is me ook wat geld waard. Ik wil dus een houten kozijn!’.

Dat kan door beter bereikbaar te zijn voor (eind)afnemers, omdat we in hun taal spreken. En daarvoor onze neiging om over het productieproces te praten wat naar de achtergrond drukken. Dat komt echt wel weer aan de orde als ze eenmaal bij je aan tafel zitten.

Ja, dit is een oproep van mij.

Om die koe samen bij de horens te pakken. En ik steek mijn hand eerst in eigen boezem, want ook wij kunnen nog veel meer doen aan onze zichtbaarheid en vindbaarheid. Maar weet je wat het is? Als we achterover blijven hangen, denken dat anderen het wel voor ons regelen, dan komen we er niet.

Sinds ik zelf meer online actief ben, op het social medium LinkedIn bijvoorbeeld, krijg ik de meest leuke reacties. Op een natuurlijke manier komt er een verbintenis tot stand met toeleveranciers en klanten, maar ook met anderen die er rondhangen. Je signaleert zaken van elkaar, dat leidt weer tot andere verrassende en mooie dingen…

Zo repte ik eens over de renovatie van één woning. Dat hebben we alleen online uitgedragen. De spin-off daarvan was echt geweldig. Wie dat allemaal zien, er op reageren! Daar komen nu de mooiste concepten uit voort. Het heeft echt een sneeuwbaleffect gegeven. En het motiveert mij om er vooral mee door te gaan.

Ik timmer inmiddels al 33 jaar. Maar wil je een hamer vinden bij ons in de fabriek? Dan moet je erg goed zoeken. Juist dat ‘stoffige imago’ hebben we aan onszelf te danken. En ik gooi die stofjas definitief uit.

Doe je mee?

Richard Groothuis